De uitdagingen in het jeugddomein anno 2022 zijn fors. Met uitzondering van een lichte daling sinds de pandemie, is het gebruik van jeugdzorg sinds de transitie in 2015 onafgebroken toegenomen. Volgens de meest recente cijfers ontvangt bijna 1 op de 10 kinderen en jongeren tot 23 jaar jeugdzorg. Vaak zijn er veel organisaties betrokken. Cliënten moeten hierdoor hun verhaal telkens opnieuw vertellen en de wachttijden lopen op. Dit heeft tot gevolg dat de problemen groeien, waardoor er onveilige situaties ontstaan en de kosten stijgen. Ook wordt er vaak alleen naar het kind gekeken en niet naar achterliggende problemen in het gezin, waardoor behandelingen niet altijd effectief zijn.
Er wordt veel geld besteed om de problemen die er al zijn, op te lossen. Tegelijkertijd is het moeilijk om geld vrij te maken om problemen in de toekomst te voorkomen. Preventieve organisaties, zoals organisaties binnen de jeugdgezondheidszorg (JGZ), worden regelmatig vanuit dezelfde gemeentelijke pot betaald als de jeugdzorg, en dit knelt. Tel hier nog eens het tekort aan jeugdartsen en -verpleegkundigen bij op en de neerwaartse spiraal lijkt compleet.
Samenwerken als heilige graal
Ergens voelen en weten we: de sleutel tot het oplossen van deze gigantische druk ligt in samenwerken en verbinden. Binnen het jeugddomein worden op allerlei vlakken al stappen gemaakt om verbindingen te leggen tussen disciplines en organisaties. Ook vanuit de huisartsenzorg zien we initiatieven om de schotten tussen de loketten weg te nemen. Zo is er bij steeds meer huisartsen een praktijkondersteuner (POH) Jeugd werkzaam. Dit biedt kansen voor het jeugddomein om verbinding te maken met de eerstelijnszorg.
Maar hoe behoud je het overzicht op al die verschillende lagen? Hoe ga je voorkomen dat je straks niet meer aan de cliënt toekomt, omdat je alleen nog maar bezig bent met samenwerken? En wat zijn de gevolgen van die dubbele vergrijzing op de arbeidsmarkt, en toestroom van nieuwkomers op de zorgvraag die we tegemoetzien?
Dit staat de zorg te wachten
Voordat we op die vragen terugkomen, blikken we eerst nog wat verder vooruit om helder te krijgen hoe onze context eruit gaat zien. Het Nederland van 2030 zal naar verwachting 18 miljoen inwoners tellen. We voorzien een land met jonge steden en oude dorpen, met meer alleenwonenden en meer inwoners met een niet-Nederlandse achtergrond.
In de zorg verschuift de focus verder naar kostenbesparing en preventie. Er zullen meer aanbieders zijn van preventieve gezondheidszorg: commerciële bedrijven, maar ook binnen het onderwijs, de kinderopvang, de wijk en sportverenigingen. Formele zorg gaat hand in hand met informele zorg, zoals mantelzorg, sociale netwerken, burgerinitiatieven en vrijwilligersorganisaties. Zorg zal bovendien minder lineair door de keten 3/5 Samen toekomst maken worden georganiseerd (ketenzorg); de zorgverlener stapt in plaats daarvan in het netwerk van relaties van de cliënt (netwerkzorg) en vult aan wat nodig is.
Door de krapte op de arbeidsmarkt moeten werkgevers op het gebied van preventieve zorg zichzelf aantrekkelijk maken om talent aan zich te binden. Werknemers van de toekomst wensen een bepaalde mate van vrijheid en hun werk moet naast zinvol ook leuk zijn. Naast het werven en behouden van personeel, zal de krapte op de arbeidsmarkt deels ondervangen moeten worden door middel van taakherschikking.
Veranderingen bieden kansen
Om in het geschetste toekomstplaatje goede zorg te kunnen leveren lijkt verbindende technologie onontbeerlijk. Technologie maakt plaats- en tijdsonafhankelijke zorg mogelijk, wat een flinke efficiëntieslag kan opleveren. In dit kader ontwikkelde Topicus (in samenwerking met Digidok) Spreekuur.nl, een platform voor online huisartsenzorg. Op basis van het versturen van een digitaal bericht, eventueel met foto, ontvangt de patiënt een online consult. Integreren we de ontwikkelingen op het gebied van artificial intelligence (AI), dan kan een dergelijk platform zelfs als zelfstandige dienst opereren. Denk aan de reeds bestaande AI-tools die, op basis van foto’s, huidaandoeningen al bijna net zo goed herkennen als een dermatoloog dat kan.
Een ander voorbeeld van verbindende technologie waar Topicus aan bijdraagt, is het actieprogramma Kansrijke Start van VWS. Dit houdt in dat gemeenten prenataal huisbezoek door de JGZ aanbieden aan kwetsbare (aanstaande) ouders. Daarnaast dragen we bij aan Babyconnect: een versnellingsprogramma voor informatie-uitwisseling (VIPP) tussen cliënt en professional voor instellingen in de geboortezorg. Het doel is naadloos aansluitende zorg voor moeder en kind rond de zwangerschap en geboorte. Ook op andere thema’s zijn er (regionale) samenwerkingen waar Topicus 4/5 Samen toekomst maken bij betrokken is, zoals op het gebied van ADHD waarin huisartsen, ziekenhuizen en jeugdartsen makkelijker de verbinding kunnen leggen met elkaar.
We zullen in de toekomst dus beschikken over veel meer data. Dit biedt oneindig veel mogelijkheden, hoewel we scherp in het vizier moeten houden met wélke data we wélke problemen oplossen. Mits goed ontworpen, helpt technologie bij het samenwerken. Topicus speelt graag mee in de voorhoede en de 21st century skills zien wij daarbij als key om relevant te zijn en blijven.
Hoe zet je zelf de toekomst naar je hand?
Nieuwe technologieën zijn er om gebruikt te worden. Ze staan in dienst van hun (samenwerkende) gebruikers: cliënten en zorgverleners. Als zorgverlener wil je tijd besteden aan zorg. Wij ontzorgen jou door de ontwikkelingen in technologie te volgen, aan te jagen en aan te laten sluiten bij jouw behoefte. Zodat je als zorgverlener deze technologie kunt omarmen, dat is een belangrijke om technologie succesvol te laten zijn. Maar met technologie alleen zijn we er nog niet. Wat kun je als zorgverlener verder doen om grip te krijgen en te houden? Het antwoord is eenvoudig: maak ook persoonlijke verbindingen.
Leg contact met andere zorgaanbieders in jouw gebied, bijvoorbeeld jeugdartsen met huisartsen, verloskundigen met jeugdverpleegkundigen. Om te verwijzen en met elkaar te overleggen moet je de ander kennen. Gemeente Amsterdam brengt dit in de praktijk door een hele nieuwe manier van werken in Ouder- en Kindteams (OKT). De medewerkers van de teams zijn afkomstig vanuit de jeugdgezondheidszorg, jeugdzorg, jeugd-GGZ, en welzijnsorganisaties. Zij bieden preventieve publieke gezondheidszorg, steun bij vragen en zorgen over opvoeden en jeugdhulp. Topicus faciliteert de OKT middels technische oplossingen het volledige proces, zoals het beschikbaar maken van e-health en ondersteunen van chat tussen zorgverlener en zorgon gemaakt om tvanger. Ook buiten de OKT hebben we al een aanzet zorgverleners veilig en geïntegreerd met elkaar te chatten laten . Is de technologie daar, gebruik het en maak persoonlijke connecties.
Ken elkaar
Brengt samenwerken ons verder? Absoluut. We zie n bij Topicus de toekomst van het jeugddomein vol vertrouwen tegemoet. Als we echt over die schotten heen willen kijken en zinvolle verbindingen maken tussen systemen en mensen aanbieden én daarbij , als we de patiënt naadloze digitale ervaringen persoonlij er kansen in het verschiet. k contact voorop blijven ste We moete n llen, dan liggen elkaar leren kennen om succesvol te verbinden. Dat is hoe we samen toekomst maken.

Wilt u eens met Topicus van gedachten wisselen over samenwerken en de toekomst van het jeugddomein? Neem contact op met Matthea Vrijmoeth-van Dijk.